Dagelijks archief: 19 oktober, 2014

ABM organiseert publieksbijeenkomst “Genocidaal proces van 1915 tot nu” met dr. Anthonie Holslag, docent genocidestudies NIOD/UvA

affiche Genocidaal proces - 2014-10-24 - versie 3Enschede, 16 oktober 2014 – Samen met Platform Aram organiseert de Aramese Beweging voor
Mensenrechten (ABM) op vrijdagavond 24 oktober van 19.30 tot 22.00 uur in het gebouw van Platform Aram (Vlierstraat 93, Enschede) een publieksbijeenkomst over het “genocidaal proces van 1915 tot nu” met dr. Anthonie Holslag, docent holocaust- en genocidestudies aan het Nederlands Instituut voor OorlogsDocumentatie (NIOD) en de Universiteit van Amsterdam.

Op 24 april 2015 zal wereldwijd en ook in Twente worden herdacht dat het dan precies 100 jaar geleden is dat de Turkse regering van het toenmalige Ottomaanse Rijk de genocide op Armeense, Aramese en Griekse christenen in dit Rijk begon. In de aanloop op deze herdenking zullen ABM, Platform Aram en andere organisaties een aantal activiteiten organiseren om verschillende aspecten van deze genocide te belichten. De bijeenkomst op 24 oktober a.s. met Anthonie Holslag is de eerste in deze reeks.

Anthonie Holslag is gepromoveerd op de Armeense genocide en de beleving hiervan binnen de Armeense diasporagemeenschappen. Een publieksversie van zijn proefschrift verscheen in 2009 onder de titel “In het gesteente van Ararat”. Hierin maakt het duidelijk dat een genocide meer is dan enkel een massamoord maar reeds veel eerder begint met het betwisten van het bestaansrecht van een volk en na de massamoord nog door kan gaan met de ontkenning ervan en daarmee met de ontkenning dat het volk ooit bestaan heeft. Hij spreekt in deze zin ook liever van een “genocidaal proces” waarin verschillende fases zijn te onderkennen.

Een andere “proces” dat op 24 oktober centraal zal staan is dat de Armeense genocide van 1915 de eerste is van een lange reeks die tot de dag van vandaag doorgaat. Op dit moment juist ook uitgerekend in de regio waar de genocide van 1915 plaatsvond, namelijk in het oosten van het huidige Turkije, Irak en Syrië. Na elke genocide, om te beginnen met die van 1915, belooft de internationale gemeenschap plechtig dat dit nooit meer mag gebeuren, maar in de praktijk is ze er nog nooit in geslaagd om een genocidaal proces in een tijdig stadium te stoppen. Ook de Verenigde Naties niet, die op 24 oktober 1945 werden opgericht en op 24 oktober a.s., de Internationale Dag van de Verenigde Naties, dus 69 jaar bestaan. Ook hier zal Anthonie Holslag op ingaan tijdens zijn lezing.

Eenieder is van harte welkom bij deze bijeenkomst aanwezig te zijn.

Deelname strijd tegen ISIS leidt af van waar het werkelijk om draait

no-war-on-syriaEnschede (19-10-2014) Tussen donderdag 2 en woensdag 15 oktober heeft de Tweede Kamer drie keer binnen twee weken uitgebreid met de regering gesproken over situatie rond IS in Irak en Syrië. Een discussie die naar de mening van de Aramese Beweging voor Mensenrechten (ABM) tot dusverre teveel over de Nederlandse militaire inzet is gegaan en te weinig over de maatregelen die op politiek en maatschappelijk gebied genomen zouden moeten worden.

Daarbij is ons belangrijkste punt van zorg de bewapening van strijdgroepen tegen IS die het na de mogelijke nederlaag van IS volgens de coalitiegenoten in Syrië op zullen moeten nemen tegen het regeringsleger van Assad (en daartoe door de coalitie in Turkije getraind zullen worden) en die het naar onze inschattingen in Irak zullen opnemen tegen elkaar in de strijd voor of tegen een grotere Koerdische autonomie. Vandaag bereikten ons bovendien berichten dat ook in Turkije de PKK de wapens weer wil opnemen tegen de Turkse regering. President Obama heeft het Amerikaanse volk al voorbereid op een jarenlange strijd met verschillende fasen en met een onduidelijke strategie. Door alle nadruk te leggen op luchtbombardementen door de internationale coalitie (bestaande uit Westerse landen met hun Arabische bondgenoten) en lokale strijdgroepen op de grond elk met hun eigen, onderling conflicterende politieke agenda’s, zal de nu al drie-en-een-half jaar in Syrië en ruim elf jaar in Irak woedende oorlog inderdaad nodeloos verlengd worden.

Hoewel al het andere lijkt te verbleken bij de gruwelijkheden van IS in Irak en Syrië, willen we niet onvermeld laten dat ook andere strijdgroepen in deze regio, waarvan een aantal dus door het Westen bewapend en getraind worden, zich ook gewelddadigheden tegen de burgerbevolking te buiten gaan. Vorige maand meldden we al bij een aantal Kamerleden het geweld van Koerdische milities tegen christenen in de aan de Turks-Syrische grens gelegen stad Qamishli die zich niet bij hen aan wensten te sluiten en vorige week bereikte ons het bericht over de Franciscaanse priester Hanna Jallouf en een aantal van zijn parochianen die in het noordwesten van Syrië is ontvoerd. Gelukkig blijken zij inmiddels weer te zijn vrijgelaten; zulks echter in tegenstelling tot de in april 2013 ontvoerde bisschoppen van Aleppo van wie nog steeds elk spoor ontbreekt. Als met deze strijdgroepen geen afspraken gemaakt kunnen worden over het met rust laten van mensen die tot een andere etnische of religieuze minderheid in Syrië behoren, dan zou de internationale coalitie er in onze ogen vanaf moeten zien deze strijdgroepen te bewapenen en te trainen.

In haar brief over de Europese Raad Buitenlandse Zaken die op 20 oktober ook weer uitgebreid stil zal staan bij de strijd tegen IS in Irak en Syrië somt de regering een aantal sporen op voor een Europese inzet in het “brede spectrum van de geïntegreerde benadering”. We geven per spoor graag aan wat daar in onze ogen zou moeten gebeuren:

  1. ondersteuning van een duurzaam en inclusief politiek proces

Na de opschorting van de onderhandelingen in Genève, begin dit kalenderjaar, hebben we weinig gehoord over initiatieven op dit proces weer in beweging te krijgen. Ook de internationale bemoeienissen om de Iraakse regering tot een inclusievere politiek te bewegingen lijken na het aftreden van premier Maliki beëindigd te zijn. Naar onze vaste overtuiging kan er geen duurzame en inclusieve politieke oplossing voor de zich steeds verder uitbreidende strijd in Syrië en Irak komen, zolang de Syrische regering van Assad, Iran, Rusland en China van de vormgeving van een dergelijke oplossing worden uitgesloten. In het Kamerdebat van vorige week over de noodzaak van een volkenrechtelijk mandaat om ISIS ook in Syrië te kunnen bestrijden werd opgemerkt dat dit alleen mogelijk is door hierover met andere, tot dusverre uitgesloten, partijen in deze te overleggen en overeenstemming te bereiken. Juist ook voor een bekorting van de strijd en het zo snel mogelijk kunnen komen tot een politieke oplossing is het volgens ons van het grootste belang meer prioriteit aan het hervatten cq. opstarten van inclusieve vredesbesprekingen over Syrië en Irak te beginnen. We sluiten niet uit dat het conflict tussen de Turkse regering en de Koerden daar inmiddels ook op de agenda zou moeten komen te staan en hebben dan ook ernstige vragen bij de afspraken die deze dagen met de Turkse regering gemaakt zullen worden om deze ertoe te bewegen haar luchtruim en militaire vliegvelden aan de internationale coalitie beschikbaar te stellen.

  2.  aanpak van financieringsstromen (inclusief oliesmokkel)

Dit punt zou naar onze mening uitgebreid moeten worden naar de aanpak van de stromen wapens en strijders naar IS en andere groepen die zich in Irak en Syrië aan zeer ernstige mensenrechtenschendingen schuldig maken. Wat de oliesmokkel hebben we enkelen van u vorige maand reeds gewezen op het bericht http://www.stopdebankiers.nl/de-eu-heeft-toegegeven-goedkope-aardolie-te-hebben-gekocht-van-isis/ We zijn erg benieuwd welke maatregelen de EU inmiddels heeft genomen om dit nader te onderzoeken en tegen te gaan.

  3.  op de middellange en lange termijn capaciteitsopbouw van Iraakse instituties
(veiligheidssector en rechtstaatontwikkeling) en wederopbouw in teruggewonnen
gebieden met het oog op inclusiviteit

De noodzaak van capaciteitsopbouw en wederopbouw onderschrijven we, de beperkingen tot de middellange en lange termijn en de teruggewonnen gebieden niet. Ook in de niet door IS beheerste gebieden in Irak is capaciteitsopbouw van de veiligheids- en rechtsstaatinstituties nodig en daar moet nu al mee begonnen worden. Zoals laatst iemand een discussie over de instelling van safe havens voor christelijke en andere minderheden samenvatte: “we willen geen veilige haven, maar een veilig land!” En dat bijvoorbeeld geldt ook Bagdad waar volgens recente berichten nog steeds christenen vandaan vluchten omdat ze zich in deze stad niet veilig voelen. Hoewel we niets af willen doen aan de prioriteiten van de Nederlandse regering om vooral aandacht te vragen voor het tegengaan van straffeloosheid en de positie van vrouwen, zouden we ook graag zien dat aandacht gevraagd wordt voor de positie van religieuze en etnische minderheden in het land.

Naast de opbouw van veiligheidsstructuren zal ook aandacht besteed moeten worden aan onderwijs- en andere programma’s om de langs etnische en religieuze lijnen volstrekt ontwrichte samenlevingen van Irak en Syrië weer te “helen”, zoals de Chaldeeuws-Katholieke aartsbisschop van Kirkuk en Sulaimaniya, Yousif Thomas Mirkis, afgelopen week benadrukte tijdens zijn rondreis door Nederland. Ook met het uitrollen van dergelijke programma’s moet zich niet beperken tot de middellange en lange termijn en ook niet tot de teruggewonnen gebieden, maar dient reeds nu in Irak en Syrië plaats te vinden. Meer nog dan de verschillende strijders zouden in onze ogen organisaties in Irak en Syrië die zich met de ontwikkeling en verbreiding van dit soort programma’s bezig houden door de internationale gemeenschap en door Nederland financieel en politiek ondersteund moeten worden.

Namens de Aramese Beweging voor Mensenrechten,

Aziz Beth Aho, voorzitter